Dance and discourse

Debat over dans, georganiseerd door Emio Greco en Pieter Scholten

TM 1 Feb 2003Dutch

item doc

Contextual note
De hier vermelde tekst van Jeroen Peeters is raadpleegbaar op SARMA: ‘Een onmogelijke pas de deux. Kijken en schrijven in het tijdperk van de visuele cultuur’ (Boekman).

De passie voor dans van Emio Greco en Pieter C. Scholten blijkt behalve uit de voorstellingen die ze samen maken ook uit de activiteiten die zij parallel daaraan ontwikkelen. Geïnspireerd door de discussie over danskritiek tijdens de Nederlandse Dansdagen organiseerden de choreograaf/danser en regisseur op 5 januari een salon getiteld Dance and discourse in het Universiteitstheater in Amsterdam. Greco en Scholten pleiten al langere tijd voor een theoretische inbedding en een wetenschappelijke referentie voor dans. Het discours dat hun voor ogen staat zou dus een veel inhoudelijker karakter moeten krijgen dan het debat in Maastricht. Bovendien moest het in een internationale context worden geplaatst en ook aanverwante disciplines bestrijken, bijvoorbeeld de beeldende kunst. In de samenstelling van het forum dat de heren op basis van die uitgangspunten hadden bijeengebracht, leek die ambitie te worden gerealiseerd. De Oostenrijkse danscriticus en –publicist Helmut Ploebst was als moderator gevraagd; de Belgische danstheoreticus en –publicist Jeroen Peeters zou een inleiding houden; de chefs kunst die in Maastricht ontbraken, waren er nu wel: Joyce Roodnat (NRC) en ArieJan Korteweg (Volkskrant). Eva van Schaik (danshistorica en –critica voor Trouw) was zo sportief om de op het laatste moment verhinderde Annette Embrechts te vervangen; dans- en architectuurpublicist en TM-dansredacteur Klazien Brummel was aanwezig en beeldende kunstpublicist en freischwebend filosoof Paul Groot zou de dans in een bredere context plaatsen.

Bij het betreden van de zaal kon het publiek een zekere spanning constateren in dit, in potentie, forum van formaat. Helmut Ploebst onthulde in zijn aankondiging de oorzaak: vlak voor aanvang waren de forumleden elkaar al in de haren gevlogen over de vorm van de discussie. De organisatie wilde dat er zou worden gedebatteerd aan de hand van een lezing van Jeroen Peeters, genaamd Choreography and critical discourse. On looking and writing in the age of visual culture. Het betoog van negen pagina’s A4-formaat (voor de forumleden op papier beschikbaar, voor het publiek niet) zou door de auteur in het Engels worden voorgedragen, de moderator zou de lezing op gepaste momenten onderbreken voor discussie (in het Engels) waarna de voordracht zou worden voortgezet. Inderdaad geen gelukkig idee. Onbegrijpelijk genoeg hield de organisatie, ondanks de protesten van enige forumleden, toch vast aan dit idee. Het beoogde debat kreeg daardoor de vorm van een openbaar examen. Gezeten aan de met lakens overdekte tafels luisterde het getergde forum naar Peeters zeer academische verhandeling die op droge toon en vaak in ongelukkig gearticuleerd Engels werd voorgedragen. De stelling van de Franse kunstfilosoof Lyotard dat kijken en schrijven verschillende processen zijn, vormde het motto van het betoog. De dans en het woord bevinden zich in verschillende werelden en de kloof is niet te overbruggen. Voor het gemak gooide Peeters het woord, taal en schrijven op één hoop; een aanmatigende ontkenning van het gegeven dat danswetenschapper, danspubliciteitsmedewerker en dansjournalist niet hetzelfde doel beogen want niet voor dezelfde lezer schrijven.

Deze en andere tegenwerpingen werden weliswaar door de overige forumleden ingebracht maar kregen nauwelijks de aandacht die ze verdienden. Peeters’ impossible pas de deux of looking and writing vormde uiteindelijk het hart van de bijeenkomst. Een bespreking van de bijeenkomst zou daardoor automatisch een bespreking van Peeters’ essay zijn en daarvan kon in deze uitvoering onvoldoende kennis worden genomen. TM heeft Peeters daarom gevraagd zijn betoog voor de uitgave van maart te bewerken tot een artikel waarin hij met name zijn gedachten over de Nederlandse danskritiek aan de orde zal stellen. Blijft over het fantastische initiatief van Greco en Scholten dat onder leiding van een scherpe en daadkrachtige gespreksleider een inhoudelijk belangwekkend en in de vorm spannend debat had kunnen worden. De gelegenheid was er, het forum was er en wat er aan potentiële discussiestof voorbij kwam was buitengewoon prikkelend. Nog afgezien van Peeters’ ideeën waren het vooral, de helaas spaarzame, gedachtenwisselingen tussen Groot, Korteweg en Roodnat die meer tijd en aandacht hadden verdiend. Met name enkele terzijdes van Korteweg en Roodnat schreeuwen nog steeds om toelichting. Is er inderdaad iets mis met de Nederlandse dans sinds de jaren negentig? (Zowel Korteweg als Roodnat zijn in 1995 opgehouden met schrijven over dans vanwege toenemende desinteresse in wat ze te zien kregen.) Zijn er echt geen goede schrijvers over dans te vinden? Zijn de zittende dansscribenten inderdaad zo weinig inventief? Bieden ontwikkelingen in de film en beeldende kunst meer stof voor de dagbladen dan dans?

Volgende keer graag een debat met alleen chefs kunst en danscritici onder de titel Dans en journalistiek. Ondertussen zetten Emio Greco en PC hun reeks salons terecht voort. De eerstvolgende zal plaatsvinden in Parijs, de derde in New York. Misschien moeten choreograaf en regisseur langzamerhand ook eens gaan nadenken over het opzetten van een eigen opleiding in Nederland. Een plaats waar behalve aan dans en choreorafie ook wordt gewerkt aan het theoretisch kader dat nog steeds ontbreekt. Een gebrek dat in deze salon unaniem werd aangewezen als oorzaak van de krakkemikkige pas de deux van kijken en schrijven.