Een wolkje humor

De Standaard 8 Nov 2001Dutch

item doc

Contextual note
original version of newspaper review

Twee choreografen maken een zelfportret. Doorheen mekaars werk ontstaat een heel nieuw beeld. De persoonlijk gekleurde interpretatie en imitatie van de ander vormen het uitgangspunt voor Zelfportret, een gevecht tussen dans, video, en live muziek.

Eric Raeves en Rosa Hermans werkten samen rond beelden: het beeld dat je hebt van jezelf, de perceptie die je ontwikkelt van de ander. In de voorstelling komen heel wat van de statische lichamen terug die we kennen uit het voorgaande werk van Raeves. De evoluerende fysieke sculpturen, ontdaan van alle individualiteit. Twee lichamen op een staander, zwevend in de lucht, tentoongestelde voorwerpen in langzame beweging.

Wat echter ontbreekt is de eenvoud die Raeves’ voorgaand werk typeert. Uit de vele invalshoeken, is een kakafonie van materiaal gegenereerd, die de transparantie van de voorstelling niet bepaald ten goede komt. Op de scène staan twee dansers, een live altvioliste, en drie videoschermen. Bovendien hebben beide choreografen elkaar geregistreerd en hun wederzijdse interpretatie in beelden tot uitdrukking gebracht. Hun subjectiviteit vertaalt zich in kleurverschuivingen en vervormingen van de videobeelden. Die dan op hun beurt weer in voortdurende spanning staan met de aanwezigheid van de live dansers op het podium.

Daarnaast wordt ook nog het werk van videast Stefan Franck geprojecteerd. Warmkleurige new age-beelden, geïnspireerd op het werk van de 16e eeuwse magiër Gerolamo Cardaon. De dansers worden gevangen in een wirwar van betekenisvolle horoscooplijnen. De geprojecteerde teksten brengen de mens terug tot zijn essentie als deel van de grote Natuur. Structureel onlosmakelijk verbonden met wat hem omringd en te boven gaat. Een wolk is een vleugje gecondenseerde humor in de lucht. Een orgasme de ontlading van de ziel.

Op een bepaald moment danst Raeves voor een projectiescherm met zwart op witte belettering. Inspire me, Breathe on me, zegt de tekst. De muziek herinnert vagelijk aan jaren ’80 Laurie Anderson. De beweging is esthetisch, maar nietszeggend. Het geheel straalt de glossy feel-good sfeer uit van een parfum-reclame. Het zelfportret wordt hier geheel naar de oppevlakte getrokken. Een bewegende vorm tegen een manipulatieve achtergrond.

Naarmate de voorstelling vordert wordt het verschil tussen beide dansers steeds kleiner. In identieke pruik en plastic jurk staan ze naast elkaar, ontdaan van alle onderlinge tegenstelling. In de eindscène zelfs onlosmakelijk verbonden met de behangstructuur van de projectieschermen.

Als meditatieve oefening schiet Zelfportret zijn doel voorbij. Nergens wordt je als kijker meegenomen in het rituele onderzoek van de twee choreografen op het podium. Als danservaring valt de voorstelling dan weer net iets te mager uit.