De wanhoop nabij

De Standaard 15 May 2003Dutch

item doc

Contextual note
original version of newspaper article

In een glazen vitrinekast zweeft een vrouw in het water. Haar voeten raken net niet de grond. Haar ogen zijn opengesperd als die van een verdronkene. Of een dier op sterk water. In de twintig minuten dat je als toeschouwer bij haar wordt toegelaten vallen je steeds meer details op. Haar hartslag die de ruimte vult, haar trage ademhaling. Maar ook de bijna onmerkbare beweging van een hand. Of het lichaam dat zich heel even naar boven drukt. Het zijn kleine blijken van aanwezigheid, die de performer in de schemerzone tussen dood en leven plaatsen. Tussen een beeld van totale leegte, en de paniek van de onzekerheid. Kris Verdonck en Aernoudt Jacobs ontwierpen voor 5 een parcours van installaties. Het is beeldend werk dat voortkomt uit een extreme theatrale uitpuring. Uitgaande van teksten van onder andere Samuel Beckett en Rainald Goetz, hebben zij vijf beelden of situaties bedacht waarin het theatrale tot op het bot is uitgezuiverd. Wat overblijft zijn beelden, die slechts langzaam hun ontstellende kracht prijsgeven.

In levensgrote gietvormen liggen vier dansers te slapen. Hun halfnaakte lichamen liggen opgesteld als kijkkasten in een museum. Bij het rondgaan zie je de buiken rustig op en neer gaan, een onbewuste handbeweging, het rollen van de oogleden. De vormen waarin hun lichamen zijn uitgespaard lijken hen tegelijkertijd te koesteren en te gijzelen. Het zijn lijven die vastgelopen zijn in de tijd, en onbeschermd aan de blik van de toeschouwer worden overgeleverd. Als kijker word je in een dusdanig intieme situatie geplaatst, dat je een plaatsvervangende gêne opbouwt. Een compliciteit die het verbindend patroon tussen de verschillende opstellingen zichtbaar maakt. Een lichte paniek, die grenst aan duizeling.

Zelfs wanneer de menselijke aanwezigheid totaal ontbreekt, is de identificatie totaal. Zo is aan een opgehangen slijpschijf een L-vormige metalen staaf bevestigd. Wanneer de slijpschijf in werking wordt gesteld, lijkt het stuk metaal te vechten voor zijn leven. De kronkelingen van een dier in stervensnood. Tot de machine rokend en puffend tot stilstand komt. Het is een verbluffend theatraal beeld, dat zich het eerst laat lezen in het schokeffect dat je voelt in je eigen lichaam, en pas daarna invulling krijgt. Het is een beeld van een grote pijn, die zich niet laat omschrijven. Maar wel laat zien. Bij het einde van de omloop komen we in een kamer terecht,waar de schuimwijn uitnodigend klaar staat. Het onwennige geschuifel van de aanwezigen, wordt algauw overstemd door het slurpen, zuigen en schuiven van twee lichamen. Een erotische ontmoeting met precisiemicrofonen. Meer dan een pornografisch karakter heeft deze audio-installatie iets ongemakkelijks. Hortend en haperend lijken de lichamen elkaar eerder af te stoten dan aan te trekken.

In zijn geheel is 5 een sterk parcours geworden. De uitdrukkelijke keuze om de tijdsindeling aan de toeschouwers op te dringen, werkt confronterend. Wat je te zien krijgt, laat zich doorheen deze vijf ervaringen meer en meer voelen als een verstilde wanhoop, die zich diep nestelt en zich niet laat verteren.