Als los zand

De Tijd 11 Oct 2004Dutch

item doc

Als los zand

'The crying body'

Vrijdag 8 oktober, deSingel, Antwerpen

(tijd) - 'The crying body', Jan Fabres nieuwste toneelwerk, moest een bekroning worden van zijn tien jaar residentie als huisartiest in deSingel. Tegelijk is het een voorstudie voor een creatie op het komende festival van Avignon. Dat laatste aspect blijkt de bovenhand gehaald te hebben: de voorstelling oogt als een verzameling ruwe schetsen met een hoog workshopgehalte.

De voorstelling startte ook onder een slecht gesternte: Els Deceukelier, die een centrale rol had in het werk, was door ziekte geveld bij de tweede voorstelling. Toch domineert ze het scènebeeld. Dat bestaat uit niets dan een langdurige close-up van haar erbarmelijk wenende gezicht. Soms slaat het wenen om in lachen om dan dubbel zo hard te hernemen tot ze alle controle verliest en het kwijl uit haar mond loopt. Het is een intrigerend beeld. Door de extreme looptijd van anderhalf uur verliest het immers zijn eenduidigheid als de verbeelding van een intens verdriet. Het neemt op de duur ontelbare betekenissen aan.

Ook de actie op het podium bespeelt dit thema van de onbestendige betekenis van menselijke daden in uiteenlopende registers. Sommige beelden zijn allegorieën, met zowel de dubbelzinnigheid als de ondoorgrondelijkheid van die stijlfiguur. Een meisje wil bijvoorbeeld het hele stuk door de wolken met een stok doorprikken om regen te laten vallen. Alle interpretaties liggen hier open. Verlangt zij naar de troostende tranen van God? Of staat de regen voor het soort emotionele vervulling als bij de film 'Singing in the Rain', waar de regen staat voor tranen van geluk? De voorstelling laat het antwoord in het midden. Het beeld blijft een barok raadsel zonder antwoord. Dat geldt ook voor de passionaria die in zwart kant gehuld de tranen van de spelers komt plukken. Het meest barokke raadsel van de voorstelling is echter wel volgende steeds herhaalde dialoog. Vraag: 'Waarom wenen, als wenen niet helpt?' Antwoord: 'Omdat het niet helpt.'

Andere scènes zijn explicieter. Sketches tonen bijvoorbeeld het conflict tussen wetten en voorschriften en de menselijke drift: in een hilarische scène houdt een priester het, bij een biecht-jeremiade van een vrouw in een wit kleed, niet meer uit van begeerte en rukt zich de kleren van het lijf. Andere scènes tonen de onwillekeurige reacties die lichamen vertonen als ze lange tijd een uitputtende handeling stellen. Sommige ten slotte tonen het lichaam, verbazend brutaal, als wat het in zekere zin altijd ook is: een biologische machine die zich moet ontlasten: drie danseressen lichten het been op om te urineren. Met meteen daarna een demonstratie van het erotiserende effect daarvan op een arme drommel. Elk van die scènes heeft ongetwijfeld potentieel, en Fabre bewees vroeger meer dan eens hoe je met deze ingrediënten pakkende beelden kan maken. Alleen, hier blijven ze als los zand aan elkaar hangen. Even wachten tot Avignon dus.

Pieter T'JONCK

Nog van 13 tot 16 oktober om 20u. in deSingel. Inlichtingen: tel. 03/2248.28.28 of www.desingel.be

tompt