De transformaties van Sidi Larbi Cherkaoui

De Tijd 15 Jan 2003Dutch

item doc

Vorig jaar werd danser en choreograaf Sidi Larbi Cherkaoui vereerd met de vraag van de Franse auteursvereniging SACD om een solo te maken voor Le Vif du Sujet. In dit programma van het Festival van Avignon, gewijd aan jonge dans, moet elke danser die uitgenodigd wordt op zijn beurt een choreograaf vragen om een solo voor hem/haar te maken. De keuze van Cherkaoui viel op Wim Vandekeybus. It, het (herwerkte) resultaat van hun samenwerking, is nu drie dagen te zien in Leuven.

Voor Sidi Larbi Cherkaoui begon het in november 1995 ook allemaal met een solo. Ik ben begonnen als tv-danser, na veel deelnames aan playbackshows en optredens in discotheken. Mensen die mij daar aan het werk zagen, moedigden mij aan om les te volgen. Ik ben toen begonnen aan de dansopleiding in Lier. Kort daarna nam ik deel aan de wedstrijd voor de Beste Belgische Danssolo, die georganiseerd werd door Victoria en Alain Platel. Ik won die wedstrijd, en dat heeft voor mij veel deuren geopend. Ik werd bijvoorbeeld uitgenodigd om in PARTS te gaan studeren, iets wat ik uit eigen beweging wellicht niet gedaan had. Na een jaar heb ik mijn studie bij PARTS echter gestaakt, omdat ik na een auditie aangenomen was bij Alain Platel in Les Ballets C. de la B.. Ik had ook het gevoel dat ik de stortvloed aan informatie die in het eerste jaar PARTS over mij was gekomen moest laten bezinken. En of ze nu bezinkt terwijl je op de schoolbanken zit, of ze bezinkt terwijl je aan het werk bent, maakt niet zo veel uit. Voor mij toch niet. Ik ben daar ook wat eigenwijs in. Na een jaar had ik het idee dat ik zelf verder moest uitzoeken wat ik zocht. Er zijn veel boeiende benaderingen van dans, maar daarom hoef ik die niet allemaal te kennen. Ik ben eerder geneigd mijn eigen accenten te leggen.

Detailwerk

Larbi Cherkaoui draaide mee in ondertussen legendarische Platel-voorstellingen als Iets op Bach. Met Rien de rien was echter in een klap ook zijn eigen naam als choreograaf en theatermaker gevestigd. In dat stuk vormen muziek en dans een innige twee-eenheid. Het is een aspect dat ook terugkeert in Davant, een voorstelling met Damien Jalet, Juan Kruz Diaz en Luc Dunberry.

Hoe valt dat te rijmen met de keuze voor Wim Vandekeybus als choreograaf?

Wim was een van de eerste mensen die belangstelling toonde voor mij ten tijde van de beste danssolo. Ook later kwam ik hem weer tegen bij PARTS. Hij heeft altijd gevolgd wat ik deed. Toen ik van SACD de vraag kreeg om een solo te maken bedacht ik mij dat ik behoefte had aan iemand die mij lichamelijk zou dwingen andere dingen te proberen dan die waar ik nu mee bezig ben. Ik heb het gevoel dat ik als choreograaf meer en meer evolueer naar detailwerk, het uitpluizen van de manier waarop lichaamstaal werkt. Terwijl ik in het begin heel kort, heel sharp danste, duiken er nu ook meer continue en vloeiende lijnen op. Ik vermoedde dat Wim mij zou uitdagen om dat assertieve van mijn vroegere bewegingen terug boven halen. En dat bleek ook zo te zijn.

Sinds zijn eerste kennismaking met Vandekeybus heeft Sidi Larbi Cherkaoui zich ontwikkeld van danser tot choreograaf. Toch was dat geen hinderpaal voor de samenwerking. Ik kan moeilijk iets nadansen. Ik moet een beweging die mij voorgesteld wordt altijd tot iets persoonlijks transformeren. Het moet een deel van mijzelf worden. Bij Alain Platel was dat nooit een probleem, omdat die vindt dat je zelf moet kiezen hoe je een beweging uitvoert. Ondertussen heb ik geleerd om beter uit elkaar te houden wat ik zelf wil en wat een ander wil, en zelfs hoe je uit die spanning iets kan halen. Daardoor was de samenwerking met Wim heel boeiend: hij kan vaak heel sterk focussen op kleine onderdelen van de beweging, om er echt het uiterste uit te halen.

Wim Vandekeybus droeg het thema van It aan.

Vandekeybus : Ik werkte lange tijd gewerkt aan een verfilming van The circular valley van Paul Bowles. Ik bezocht de auteur zelfs verschillende keren. Toen hij blind werd, is het project helaas vastgelopen. Dat boek gaat over een geest, Atlajalah, die allerlei gedaantes kan aannemen, zowel van mensen als dieren. Ik heb het verhaal weer opgenomen voor de voorstelling in Avignon. Daar noemen we die geest It. Een ezel vertelt er, als een van de gedaantes van de geest, het hele verhaal. Tenminste, in een van de rugzakken van de ezel zat een bandopnemer die de tekst, gelezen door Benoît Gob, afspeelde. In het verhaal neemt de geest allerlei gedaantes aan, tot hij aan het einde ook in het lichaam van een vrouw kruipt. Het boeiende aan een danser als Sidi Larbi is dat hij de gave heeft te beantwoorden aan de voorstellingen die in je verbeelding leven. Hij kan de steeds veranderende kwaliteiten van de gedaantes die de geest aanneemt als geen ander belichamen. Met een vingerknip verandert hij van karakter. Net die grillige wisseling van kwaliteiten was hier van groot belang om het verhaal vorm te geven. Ik toon wel hoe ik bewegingen zie, maar hij voegt daar steeds iets aan toe.

Voor de voorstellingen in België werd de voorstelling uit Avignon grondig bewerkt. Het stuk dijde zelfs uit tot een lengte van 50 minuten. Ook staat nu geen ezel meer op het podium, maar maakte Wim Vandekeybus een film waarin de ezel het verhaal vertelt terwijl Cherkaoui danst. En deze keer staat die ezel niet zomaar stom voor zich uit te staren, maar lijkt het alsof hij wel degelijk spreekt, verzekert hij.

It van Sidi Larbi Cherkaoui en Wim Vandekeybus staat van 15 tot en met 17 januari om 20u30 in de Soetezaal in het Stuk, Naamsestraat 96, Leuven. Inlichtingen en reservering: www.stuk.be of 016/320.320