"Performance" in Antwerpen: diepe ernst van Marc Vanrunxt

De Standaard 21 Mar 2000Dutch

item doc

Antwerpen -- Performance is onmiskenbaar een choreografie van Marc Vanrunxt door de diepe ernst waarmee de bewegingen uitgevoerd worden, terwijl tegelijk de kitsch voortdurend om de hoek loert. Het resultaat blijkt deze keer echter zeer onvruchtbaar.

De ruimtes van De Beweeging in de Gasstraat in Antwerpen blijven voor deze Performance onaangekleed. De enige versiering van de verweerde baksteenmuren is een driedubbele rij elpeehoezen en een kale lamp in een hoek. Als je de zaal binnenkomt moet je laveren tussen de dansers die onverstoorbaar, bijna autistisch, heen en weer denderen, van de ene kant van de publiekstribune naar de andere. Ze zijn gehuld in fantastische lange kleren van glanzende stof en tule van de hand van Danai Anesiadou.

Een na een vallen ze stil. Vier van de zeven uitvoerders zullen ook bijna stokstijf stil blijven staan tot in het laatste deeltje van de voorstelling. Enkel Eva Rodenburg, Salva Sanchis en Marc Vanrunxt komen eerder terug tot beweging, met weidse uithalen van de arm en een priemende vinger. Na die uithaal plooien ze op zichzelf terug, waarna het gebaar weer van voren af aan herhaald wordt. Langzaam ontstaat uit deze opening een grotere figuur tot de dansers rondtollen over de scène.

De muziek, recente experimentele gitaarmuziek van Sonic Youth, is de belangrijkste drager van het ritueel dat we hier opgevoerd zien. En dat het een ritueel is, wordt allengs duidelijker. De drie dansers schuiven diagonaal over de scène. Daarbij gaan ze telkens op heel gewone buisstoelen staan, als in een potsierlijke imitatie van standbeelden. Ze verschrompelen, glijden eraf en raken bedolven onder hun gewaden. Daarna staan ze op van de grond, verplaatsen hun stoel en herbeginnen de actie, met allerlei variaties, van voren af aan.

Naar de zin van deze handeling heb je het raden, ze lijkt er alleen voor zichzelf te zijn, als een vorm van pure choreografie. Maar geen choreografie die het van de gebruikelijke attributen als lichtheid, snelheid en zelfs vrolijkheid moet hebben. Nee, dit is dans die voortdurend balanceert op de rand van stilstand, die door zijn ernst pathetisch is.

De ernst van de voorstelling wordt op het einde ontladen. Van de vier stille figuranten legt een meisje een hevig gebombeerde pruik af, om met een ander meisje badminton te gaan spelen, temidden van de dansers. Na de muziek van Sonic Youth klinkt plots ook een deuntje van Dusty Springfield. De twee andere figuranten gaan op hun manier mee deelnemen aan de stoelenactie.

Het mag dan al zo zijn dat Vanrunxt met fundamentele kwaliteiten van lichamen en ruimte bezig is, mij liet het volkomen koud. Het is allemaal net iets te navelstaarderig, net iets te weinig beeld en net iets te veel pseudo-mystiek om mijn belangstelling op te wekken.