Afdalen in de materie

Programmatekst bij het project 'Dieper' van Anne-Mie Van Kerckhoven en Marc Vanrunxt

Programme note 26 Apr 2003Dutch

item doc

Contextual note
Deze tekst werd geschreven in opdracht van Kunst/Werk en Club Moral, na een atelierbezoek en een gesprek met de kunstenaars op 4 maart 2003. Hij werd eerder gepubliceerd als programmatekst bij de presentatie van het project in Kunsthalle Lophem (26 april – 31 mei 2003).

De afgelopen twintig jaar werkten choreograaf en performer Marc Vanrunxt en beeldend kunstenaar Anne-Mie Van Kerckhoven reeds geregeld samen in film- en videoprojecten, alsook voor decors en affiches. Die gezamenlijke geschiedenis resoneert in het project Dieper, al markeerden beide kunstenaars ook een nieuwe start door samen enkele zorgvuldig uitgekozen boeken te lezen als uitgangspunt voor het creatieproces: oude en recentere wetenschappelijke, spirituele en andere gezichtspunten fungeerden als leidraad om onze omgang met de werkelijkheid te onderzoeken en op alternatieve manieren te smeden.

Reeds de fysieke verschijning van Marc Vanrunxt is onvermijdelijk: hij is groot. In een reeks scènes gefilmd op alledaagse locaties zoals een huiskamer, een brug, een stadsplein, volstaan daarom eenvoudige handelingen en kleine interventies van Vanrunxt om die ruimte te tekenen. Zijn fysieke aanwezigheid is een middel om beelden, energieën en krachtlijnen op te roepen, om de ruimte op een haast organische manier zichtbaar te maken. In deze beleefde, choreografische ruimte schrijft ook de camera zich in via specifieke en bewegende standpunten. Vanrunxts lichamelijke verhouding tot de omgeving laat zich omschrijven als een reeks omkeringen, een goed passende vorm en tegenvorm, zoals sculptuur en moulage.

Die vanzelfsprekende band is onvermijdelijk ook bemiddeld door talrijke beelden: we kunnen onze plaats tegenover de wereld namelijk duiden via de spiegel, door een verdubbeling van onszelf in een beeld. Waar de beleefde ruimte visueel wordt, ontstaan nieuwe markeringen, analogieën en beelden, ontstaan betekenis en een verruimde symbolische omgang met de werkelijkheid. Spiegels en verdubbeling zijn motieven die geregeld terugkeren in Dieper. Maar ook premoderne accessoires zoals kostuums of een masker duiken op: ze verbergen de verleidelijke glans van de ogen of bedwingen als een talisman de hevige straling van de materie.

Op de computer van Anne-Mie Van Kerckhoven ondergaat deze wereld en de symbolische ruimtes die ze bevat nog een aantal grondige transformaties. Eens gevat in een reeks vlakke beelden, kunnen die op hun beurt omgekeerd, ontdubbeld en ‘gemaskerd’ worden: versneld, vervormd, verknipt en geplakt, ingekleurd en bewerkt met abstracte animaties, gaande van cijfers tot felle kleurvlakken. Zwarte vlakken glijden als een soort messen over het beeld, alledaagse geluiden worden verstoord door deeljes elektronisch ruis en vage melodieën.

De beelden snijden zichzelf: het is daarin dat ze reveleren hoe ze de werkelijkheid begrijpen en zich er tegelijkertijd noodzakelijk van verwijderen. Een doorgedreven digitale bewerking zorgt hier overigens voor een fundamentele omkering, omdat ze beelden niet zozeer inzet om betekenis te verlenen aan de evidente werkelijkheid rondom, maar om een eigen wereld te stichten, een nieuwsoortige inscriptie die de analoge band doorknipt. De verbeelding en de imaginaire ruimtes die ze creëert krijgen een verregaande autonomie, baden in een schier eindeloze potentie.

Door middel van een installatie wordt de uiteindelijke film tenslotte terug in een reële ruimte geplaatst. Naast een vaste positie, wordt de film simultaan ook vanop een draaiend platform geprojecteerd en maakt zo een rondgang langsheen de vier muren gedurende telkens één minuut. Dit reizende beeld ziet zichzelf nogmaals verdubbeld als het een spiegel ontmoet, en wordt elders opgeslokt door een zwart vlak. Alsof dat beeld reflexief wil zijn en zichzelf observeren, waarop het tegelijk verwasemt – en weerom duidelijk wordt dat de referent zich altijd reeds verborg. Weerspiegelt zich daarin ook niet de positie van de toeschouwer? Dichter bij de materie willen komen, betekent ook afdalen in de blinde vlek van het eigen kijken en denken. Of de enigmatische duisternis van beide dezelfde is, is nog maar de vraag. In de eclips kan het beeld echter zijn verleden loslaten én herinneren, kan het zich als een negatief openstellen voor nieuwe beelden om er zich te nestelen.