Acteurs spelen zichzelf in "Transformatie compleet"

De Standaard 22 Apr 1991Dutch

item doc

BRUSSEL -- Je zou het een westerse hebbelijkheid kunnen noemen toneelstukken te verdelen en te klasseren in hoog en laag, tragisch en komisch, diepgaand en oppervlakkig. Zo nemen we het bijvoorbeeld niet gemakkelijk dat acteurs er zo maar zijn zonder een verhaal of een dragende gedachte. Je wilt als kijker al te graag je verborgen hartstocht uitvergroot zien. Dat mensen ook zó interessant kunnen zijn, wil er bij ons niet in. Die aandacht voor het concrete, onmiddellijke van acteurs is sinds Verwanten nochtans een van de constanten in Paul Peyskens' werk als regisseur. In zijn tekst en voorstelling Transformatie compleet, een productie van de Beursschouwburg, worden die vragen expliciet gethematiseerd. Dat mag je niet doen veronderstellen dat het hier om een ideeëndrama gaat, integendeel zelfs.

De tekst is het resultaat van sessies die Peyskens vanaf oktober hield met drie zestienjarigen, Demir Julia, Laurent Pickaert en Sofie Segebarth. Je vindt er hun opmerkingen over zichzelf, elkaar en hun bezigheden in terug, eerder dan een samenhangend traktaat. Transformatie compleet is geënsceneerd onder de Beursschouwerbug, in de oude dancing "Padua", die door Michel van Beirendonck werd opgefrist.

Betrapt

Omdat de acteurs de tekst niet zelf schreven ontstaat op de scène een paradoxale situatie. Hun eigen woorden zijn hen ontnomen en door een ander op een definitieve wijze vastgelegd. Ze worden met hun eigen woorden op zichzelf betrapt, ze moeten zichzelf spelen.

De beste manier om dat te doen, is natuurlijk niet spelen maar gewoon alert aanwezig te zijn. Precies dat blijkt ver van gemakkelijk. Sofie Segebarth slaagt er bijna moeiteloos in. Laurent Pickaert maakt half bewust, half onbewust van zijn onwennigheid een stijlfiguur, die niet zo ver af ligt van de gewone aanstellerij van een zestienjarige. Demir maakt de meest zelfbewuste maar daarom ook meest verlegen indruk. Hij "ziet het vaak niet zo goed zitten", en dat merk je ook.

Paradox

De paradox van de voorstelling, de "afgedwongen" aanstellerij, maakt de voorstelling vertederend, al worden, filosofisch gesproken, voortdurend open deuren ingetrapt. Die vertedering ontstaat omdat de "grote emoties" hier niet groot geënsceneerd en onderstreept worden, maar alleen als vage, ongrijpbare opmerkingen terloops hun opwachting maken in de tekst. De poëzie is situationeel. Ze ligt in details en onverwachte spanningen en contradicties tussen wat je ziet en wat je hoort.

De onwennigheid van de jongens tegenover het meisje geeft aan wat hen bezig houdt, maar dan op een volstrekt ondramatische manier. Laurent uit zich soms wat hanig, maar wordt door Sofie moeiteloos gepareerd en zelfs geridiculiseerd. Er is geen onderscheid of ze nu wel of niet toneel spelen. En ook in die discussie ontbreekt onherroepelijk elke vorm van verhevenheid.

Soms heb je het gevoel dat Peyskens theater maakt zoals Rohmer films. Maar Peyskens heeft nog altijd de neiging -- zij het met veel ironie -- zijn kijk op de premissen van zijn medium af te bakenen. En dat is soms wat van het goede te veel, ook al is het een zeer leuke voorstelling.