Sereen vrouwenportret

De Standaard 30 Oct 2003Dutch

item doc

Het is een intrigerende solo die Kitty Kortès-Lynch in Unspeakable neerzet. Een choreografie die in alle eenvoud schippert tussen extremen. Tussen licht en donker, geweld en overgave, sacraliteit en vormelijkheid. Blootsvoets staat ze op de dansvloer, maar ze draagt lange satijnen handschoenen.

Haar opgeheven armen hebben iets bezwerend, maar zijn tegelijkertijd kwetsbaar en uitnodigend. In uiterst eenvoudige bewegingspatronen tekent zich een kruis af op de vloer. Maar het is de muziek die de ruimte vorm geeft. De anti-opera Neither van Morton Feldmann en Samuel Beckett creëert een ijle, moeilijke te plaatsen atmosfeer. Waarin alleen het ritueel de menselijkheid heeft overleefd. Of waarin alleen in de ceremonie de mens tot zijn essentie komt.

Marc Vanrunxt choreografeert in Unspeakable de kwintessens van zijn hele oeuvre. Het spel met extreme tegenstellingen, met het gevecht tussen kunst en kitsch, tussen sacraliteit en alledaagsheid. Maar ook zijn affiniteit met beeldende kunst en literatuur speelt een belangrijke rol. Voor deze voorstelling baseerde hij zich onder meer op de symbolistische schilderijen van Fernand Khnopff, die telkens opnieuw een ongrijpbare vrouw in beeld zet. Een vrouwelijkheid lijkt terug te wijken onder onze blik. Die tegelijkertijd broos en onaantastbaar is. Dit materiaal komt tegenover de roman Venus in furs van Leopold von Sacher-Masoch te staan. Een tekst die zich ophoudt in de wrede onderbuik van de machtsgeile liefde. Het personage dat we te zien krijgen is dan ook niet eenduidig. Haar présence is tegelijkertijd glashelder, en uiterst mysterieus.

Ook in de scenografie speelt deze dubbelheid door. Het speelvlak dat met plastic is overdekt en de kunststof mobile op het achterpodium, suggereren en erg `moderne' invalshoek. Een fascinatie voor de kunstmatigheid van een maakbare wereld. Tegelijkertijd wordt het plastic, wanneer het licht erop valt, doorzichtig. En dan tonen zich de lege nissen van de deuren. Als grafstenen die opduiken uit het niets. Net als het kleine oplichtende lampje achter het achterscherm, beschermd als in een sacristie, maar tegelijkertijd teruggebracht naar aardse hoogten. Unspeakable is dan ook een solo geworden die de grote tegenstellingen niet uit de weg gaat. Op gezette tijden wordt het publiek in het aardedonker aan zijn lot overgelaten. Het is het moment waarop de ruimte voor zichzelf gaat spreken, en de muziek de enige leidraad is die overblijft.

Marc Vanrunxt zette eerder al zeer mooie vrouwenportretten in scène. Met Unspeakable haalt hij het maximum uit de reductie van de beweging, en het gebruik van eenvoudige theatrale middelen. Het resultaat is een bevreemdende solo, waarin onverwachts Dusty Springfield opklinkt: `Quet please, there's a lady on stage.' Even een sentimentele geste in de rigoureuze sereniteit van de voorstelling.